De provincie Groningen roept samen met de gemeenten het Rijk op de gemaakte afspraken over de woningbouw in te lossen. Dit doen de overheden in een brief aan minister Keijzer van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. De structurele financiële tekorten en de aangekondigde huurbevriezing hebben grote gevolgen voor de woningbouwafspraken voor onze provincie; naar verwachting kan ruim de helft van de afgesproken sociale huurwoningen tot 2030 niet gebouwd worden.
Op 15 februari 2023 ondertekenden het Rijk, de provincie en de tien Groninger gemeenten drie regionale woondeals. Daarmee werd afgesproken dat in 2030 in totaal 28.500 nieuwe huizen gebouwd zijn. Het belang van een betaalbare en geschikte woning voor iedere Groninger werd hierin door alle ondertekenende partners onderschreven. Ook werden er wederkerige woningbouwafspraken gemaakt: de gezamenlijke inzet voor de realisatie van het afgesproken aantal woningen. Maar het Rijk heeft zich de afgelopen jaren niet of zeer beperkt aan deze afspraken gehouden. Bijvoorbeeld waar het gaat om structurele financiering. Daardoor wordt het lastig om te bouwen wat afgesproken en nodig is.
Huurbevriezing
Door de huurbevriezing neemt de financiële ruimte voor de nieuwbouwopgave nog verder af. Tot 2030 leidt dit voor de Groninger woningcorporaties tot een verlies van 1,9 miljard euro investeringsruimte. Dat leidt tot ruim de helft minder nieuwe sociale huurwoningen dan in de woondeals afgesproken, terwijl juist de betaalbaarheid van woningen hier onder grote druk staat. Daarnaast zal een deel van de verduurzamingsopgave voorlopig niet uitgevoerd worden.
Bestuurlijk overleg
De provincie, gemeenten en woningcorporaties willen in een bestuurlijk overleg met het Rijk bespreken hoe we er gezamenlijk voor kunnen zorgen dat de afgesproken doelen voor de periode tot en met 2030 wel gehaald worden. En realistische afspraken maken voor de periode na 2030, gericht op een passende woning voor iedere Groninger.